Post by Causa Mortis on Jun 18, 2006 16:26:17 GMT 1
Een Vergeten Geschiedenis
Proloog
Proloog
Het Veld schitterde in de zon en de dauw streelde de bladeren.
Wind glijdt door de bomen, terwijl er een vogel fluitend het veld overvliegt.
De stilte werd verbrokken, door het geluid van gras dat vertrapt werd. Een enkel paard liep met gedisciplineerde stappen en werd gedirigeerd door een ruiter. De ruiter droeg een glanzend witte wapenuitrusting met een rode arend weergeven. In de reflectie van het zonlicht werd ook de rode arend op het schild duidelijk. Ook deze was door wit metaal gesmeed. Naast zich droeg hij een wit zwaard waaruit kracht weerspiegelde.
Met bewuste stappen ging het paard vooruit met de ruiter op zijn rug. Het paard werd kort verward door een reflectie van licht op metaal achter de bomen. In de tegenovergestelde richting kwam nog een ruiter op een draf aanzetten. Deze ruiter zag er niet zo verzorgd uit en droeg een uit leer bestaand harnas en simpele kleding. Langs zijn gezicht liep zijn lang zwart haar dat ook in een knot zat. Toch straalde deze man kracht en macht uit.
Hij reed de witte ruiter tegemoet. Ze hielden beide halt en stapten af en deden een buiging uit wederzijds respect en traditie. Ook al waren beide mannen van een ander ras toch volgde elk van hen de weg van respect en eer
Ze stonden tegen over elkaar
Shikyo Rikutsu, de man in het simpele leren harnas, wacht tot dat de man tegen over hem in het wit begon met praten. De man in het wit sprak eervol”Hoe gaat het u en uw huis, heer Shikyo Rikutsu?” Shikyo reageerde met een lichte zweem van sarcasme: “het gaat mij goed, voorlopig, net zoals mijn huis.”de man in het wit keek geïrriteerd maar hield zijn houding. “en hoe gaat het met u en uw huis, heer Caelis van Elendar.” Vervolgde Shikyo met een brede grijns. Caelis reageert met de zelfde valse grijns: “met mij gaat goed net zoals mijn thuis.”
Beide mannen veranderde hun houding al was het maar een heel klein beetje. Caelis begon formeel maar wel met een dreigende ondertoon in zijn stem: “geeft u en uw huis over aan de elven van Elendar?” “Nooit!” brulde Shikyo Rikutsu en er kwam een overdonderend geschreeuw, gekletter en brullen vanachter de bossen achter Shikyo.
Shikyo zij met de zelfde dreigende stem en een wijzende vinger. “geeft u en de Elendar over aan de Iolindar van Rikutsu?” de maan die Caelis werd genoemd Brulde “Nooit!”en achter hem kwam een gejuich en gefluit van duizenden elven achter hem.
Shikyo antwoordt bulderend “Dan is het besloten, beide huizen zullen vechten tot hun laatste adem. Laat eer onze mannen overspoelen als bloed de aarde raakt. Mogen de goden helpen wie zij kiezen”
Beide heren sprongen op hun paard voordat Caelis zich kon keren schreeuwde Shikyo rikutsu nog “kijk naar mij, Caelis. Zie het wapen dat jullie zal verslaan.”Caelis keek naar Shikyo hoe die zijn katana, een zeer scherp zwaard, voor zijn middel recht op zette met het zwaardpunt voor Shikyo gezicht.
De katana werd plotseling rood en gloeide toen in een flits zat Shikyo niet in oude leer maar in een rood machtig samurai uitrusting uit draken huid. De helm in de vorm van een drakenhoofd en zijn handschoenen leken dodelijke klauwen. Caelis ogen stonden verbaast, dat pak had ongelofelijke waarde en betekenis. Ze draaiden en ieder ging naar zijn mannen en een stilte viel over het veld. Het leek alsof de wereld zijn adem in hield voor de grote knal.
Het ene moment was het vredig een koe op het veld en het andere moment brak de hel los. Aan de ene kant een leger van mannen met zwartrode kleding en harnassen met katana’s en bogen.
Terwijl aan de andere kant kwam een leger in groenwit met elegante beweging over het veld ze droegen korte zwaarden en lange bogen. Hun uiterlijk was anders, ze waren slanker gebouwd en hadden lange puntige oorlel loze oren, hun houding had iets sierlijks.
De eerste doden vielen door de scherpe lange punten van pijlen.
1.
Causa Mortis Schok wakker meerdere gedachtes speelden door zijn hoofd “was het echt? Of was het een droom? En wat deed Caelis tegen over mijn vader?” zijn hoofd bonsde zwaar en hij moest zich nog herstellen van deze nachtmerrie “ja, dat was het. Het was gewoon een nachtmerrie.” Laatste tijd had hij vaker dit soort dromen. Allemaal over moord en vernietiging. Vaak zag hij andere mannen die hij niet kende, maar soms ook zijn vader. Een keer zelfs zijn grootvader die nog heel jong leek, maar altijd waren deze mannen van zijn volk en hadden allemaal de raven zwarte haren en heldere groene ogen, die Causa net als zijn vader ook had. Vaak ook zelfde gelaatstrekken en sommige droegen zelfs het rode draken harnas, dat ook zijn vader heeft gehad. De dromen waren begonnen sinds hij het zwaard van Caelis had gekregen toen Causa naar Elendar vertrok. Het was een katana met een rood handvat die eerst van zijn vader was geweest en ook zelfs zijn grootvader. Veel wist Causa er niet over alleen dat het scherper was dan welk zwaard ook, die Causa ooit gezien had. Een keer was hij uitgeschoten met het oefenen en heeft met een vloeiende beweging door een massieve plutoniumwand gesneden alsof hij door een taart sneed. De Kapitein van het schip was er natuurlijk helemaal niet blij mee, al liet hij dit niet blijken. Causa had de reparatie kosten betaald en had zijn excuses aangeboden. Al zei de kapitein dat Causa dat niet hoefde te doen en nog meer vriendelijkheden. Maar Causa wist hoe duur en naar die schade was en dat de Kapitein alleen vriendelijk bleef omdat Causa de pleeg zoon van Caelis was, de almachtige Ares Glorificus en die kan je natuurlijk niet straffen en een pak slaag geven.
Causa stond op en liep naar de douche om van het zweet af te komen. Hij draaide de kraan open en liet het lauwe water over zijn gespierde lichaam glijden. Druppels gleden nog over zijn oogleden toen hij de douche uit stapte. Hij droogte zich af en stapte voor de spiegel. Hij zag zichzelf en bestudeerde zijn lichaam en de veranderingen in de afgelopen jaren. Hij was nog steeds slank gebouwd alleen had hij nu wel een gespierd lichaam gekweekt met alle trainingen en oefeningen in Elendar. Alendia, de zus van Caelis een natuurlijke schoonheid en zeer beliefd onder haar eigen elven volk, heeft hem zwaar getraind. Ook heeft ze ervoor gezorgd dat hij leerde zijn grenzen te bereiken en uit te breiden om zich bewust te maken met zijn eigen krachten. Ook heeft hij alle gevechtstijlen en wapengebruik tot het uiterste getraind en nu kan hij elk wapen gebruiken alsof hij er mee geboren is. Al was Alendia dan zo mooi was het ook haar krijgskracht en elegante snelheid die bewonderd werd, de enige die haar overtroefde in haar volk was haar oudere broer Caelis.
Causa kreeg glinstering in zijn ogen en kreeg ook een glimlach op zijn gezicht. Na alle oefeningen en jaren van training had Vrouwe Alendia hem steeds beloond met diepe hartstocht. Iets wat hij zeker nooit zou vergeten.
Hij pakte zijn zwarte Tsiruny borst Bescherming aan en met een zachte plof paste het harnas zich meteen aan het lichaam aan en leek net een 2de huidlaag. Daarover heen trok Causa een Zwart T-shirt. Hij trok zijn zwarte broek aan en deed zijn riem eromheen aan de riem zette hij zijn zwaard en Plasma pistool vast. Hij trok zijn rode laarzen aan en zijn leren rode Thermo jas en handschoenen aan, die beide ervoor zorgden dat hij warm bleef als het koud was en hem beschermde tegen hitte. Hij controleerde zijn vertrek nog een keer en greep zijn tas met spullen waarmee hij door de uitgang stapte.
Causa Stapte op een takje en keek om zich heen. Het bos verbijsterde hem nog steeds elke dag weer. Deze schoonheid van zilvergroene bladeren die in een gouden kroonkrans lagen dat werd gecreëerd door de zonnen stralen. Elven liepen overal rond in een onnatuurlijke elegantie. Meeste van hen kende Causa persoonlijk. Een goede tijd had hij vooral met de jongere elven waarmee hij jaagde of dobbelde. Op onbekende reden ontweken of gedroegen de ouderen afstandelijk tegen over Causa, waarom dat was heeft hij nooit geweten en ook nooit gevraagd.
In de ogen van de Elven was hij gemiddelde leeftijd van 578 Jaar. Volgens Caelis geld de leeftijd indeling van jong tot volwassen het zelfde onder het volk van Causa als onder de Elven. Causa wist over het verleden van zijn volk vooral de tradities en de manier van Eercode die zij volgden en je kon merken dat Caelis ontzag had voor deze manieren en tradities. Veel leken zelfs op die van de Elven buiten het verschil om dat Elven oorspronkelijk uit de mysterieuze Wouden komen op een nog onbekendere planeet voor de buitenwereld, de planeet waar Causa nu was. Causa’s volk was een oorspronkelijk uit de bergen en groene landschappen in de dalen van de zelfde planeet. Maar alles van zijn volks verleden was ook alleen nog maar mogelijk om via Elven mond te horen want zijn volk was uitgeroeid tot een enkele man, Causa zelf. Door wie en hoe het is gebeurd weet Causa niet. En Caelis heeft dat ook nooit verteld toen Causa er om vroeg. Hij draaide het onderwerp weg of verbrak het gesprek onmiddellijk door te zeggen dat hij zich meer op de toekomst moet concentreren en niet op het verleden. Na 110 jaar gaf Causa het uiteindelijk op en vroeg er niet meer naar. Enige waar hij zich nog aan vast hield van zijn verleden was zijn naam. Die hij ook met alle trots zei. “Causa Mortis van de Iolindar” en nu stond hij klaar om weg te gaan uit Elendar, de stad van de Elven, waar zijn Educatie en training afgelopen was. Nu krijgt hij zijn eigen slachtschip met bemanning en al dat wat past bij zijn nieuwe rang. Hij was nu officieel een “Centurio” zoals het in zijn Alliantie werd genoemd. In volksmond is het gewoon “Kapitein”, toch betekende het in de Alliantie dat je bepaalde rechten kreeg en ook een enkele planeet onder jouw commando. Wat al meer was dan de meeste konden dromen. Promotie was altijd mogelijk als je grote kwaliteiten had en je Rijk uitbreide. Er was zelfs een man geweest die vanuit zijn boerenlandje werd geplukt om het leger te dienen en is toen op geklomen tot "Preafectus" en bezitte 10 Planeten in zijn macht.
Causa liep verder tot dat hij bij een open plek komt waar een groot slagschip klaar stond, het was minstens 250 meter lang en 100 meter hoog, het was helemaal zwart waardoor het uitstak tegenover de wonderschone bossen. Hij liep er met strakke houding naar toe en met vastberaden stappen kwam hij bij de landingsplaats aan. De soldaten en personeel sprongen in houding en stonden meteen in een gedisciplineerde lijn. Causa liet zijn blik over ieder van hen vallen, het was duidelijk dat grootste deel al wat ervaren was en ook waren ze bijna allemaal elven. Een enkele man stapte uit de lijn, het was een officier zag Causa door de kleding, ook was het duidelijk dat deze man al een paar erg heftige gevechten had overleefd en het grootste deel van de bemanning tot groentjes liet lijken. De man sprak met een gedisciplineerde stem “Welkom aan het slagschip Delenia IV, Het schip is klaar om te vertrekken en uw Kapiteinsstoel wacht op u, Centurio” Causa antwoorden respectvol terug. “Dan zullen we hem niet lang laten wachten, pak jullie spullen jochies en laat deze schoonheid vertrekken uit dit bos.” Als in een stem zeiden alle mannen “Ja, heer” en de lijn verbrak en ieder ging meteen aan de gang. Causa Liep de oploop op en keek nog een keer naar het schip voor dat hij naar binnenstapte. Dit gaat me snel bevallen dacht Causa.