Post by kipspul on Sept 2, 2006 18:01:49 GMT 1
De groep verzamelde op de top van het lage heuveltje, waar de bebossing iets minder was. Moeizaam slofte iedereen door de kniehoge sneeuw naar boven, elke stap een gevecht tegen de vermoeidheid. En we waren pas drie dagen op weg...
Jaron struikelde, langzaam, alsof hij een soort komisch persiflage op een vallende held wilde spelen. Nog voor ik het wist was ik naar voren gestapt. Mijn hand schoot naar voren alsof het een eigen wil had en greep hem bij zijn schouder. Hij wist zijn evenwicht te hervinden, zijn hoofd draaide naar me toe. Ik zag dat hij probeerde te glimlachen - maar zijn gezicht, verstijfd door de koude wind, weigerde. Ik zag een reepje geel geworden tanden tussen alle schrammen en modder tevoorschijn komen, dat was alles. Toen liepen we door. Hij protesteerde niet eens toen ik mijn arm onder de zijne door wurmde en hem op me liet steunen.
Eenmaal boven voelde ik mijn knieën knikken. Jaron woog bijna niets meer, maar zelfs dat was al te veel voor mijn vermoeide spieren. Hij knikte, ik liet hem los en hij plofte uitgeput neer in de sneeuw. Ik keek om me heen en zag niets dan uitgehongerde, magere zwervers, hun handen gewikkeld in vuile lappen en hun gezichten uitgemergeld. Ogen ingevallen en wanhopig starend. Er moest hier iets gebeuren - maar het leek erop dat Anrael de Jacht al heel snel zou kunnen beeïndigen. En ik voelde tranen opwellen toen ik bedacht dat ik even zwak was als de rest. Dat ik evenmin iets kon doen als zij.
Jaron struikelde, langzaam, alsof hij een soort komisch persiflage op een vallende held wilde spelen. Nog voor ik het wist was ik naar voren gestapt. Mijn hand schoot naar voren alsof het een eigen wil had en greep hem bij zijn schouder. Hij wist zijn evenwicht te hervinden, zijn hoofd draaide naar me toe. Ik zag dat hij probeerde te glimlachen - maar zijn gezicht, verstijfd door de koude wind, weigerde. Ik zag een reepje geel geworden tanden tussen alle schrammen en modder tevoorschijn komen, dat was alles. Toen liepen we door. Hij protesteerde niet eens toen ik mijn arm onder de zijne door wurmde en hem op me liet steunen.
Eenmaal boven voelde ik mijn knieën knikken. Jaron woog bijna niets meer, maar zelfs dat was al te veel voor mijn vermoeide spieren. Hij knikte, ik liet hem los en hij plofte uitgeput neer in de sneeuw. Ik keek om me heen en zag niets dan uitgehongerde, magere zwervers, hun handen gewikkeld in vuile lappen en hun gezichten uitgemergeld. Ogen ingevallen en wanhopig starend. Er moest hier iets gebeuren - maar het leek erop dat Anrael de Jacht al heel snel zou kunnen beeïndigen. En ik voelde tranen opwellen toen ik bedacht dat ik even zwak was als de rest. Dat ik evenmin iets kon doen als zij.